dinsdag 25 januari 2011

Plaza Fatima, zaterdag 22 januari 2011

Ik neem een slok van mijn thee en kijk naar Remberto. Zijn volle aandacht is gericht op zijn toast met jam. Hij neemt kleine hapjes van het midden stuk. Van de korst likt hij stukje voor stukje de jam. Ooh papa. Hij laat de afgelikte korst zien. Ik snap de hint. Ik pak het potje met jam en smeer de korst nog eens dik in. Per ongeluk laat ik een vol lepeltje jam op zijn bord vallen. Blij verrast kijkt hij me aan. Mama komt de trap af gelopen. Ik leg mijn wijsvinger op mijn getuite lippen. Niets tegen mama zeggen. Remberto begrijpt het. Mama no, zegt hij en fronst zijn voorhoofd.
We schuiven de restanten van het ontbijt aan de kant. We zitten aan de grote tafel met zicht op het zwembad. Dikke druppels spatten omhoog in het zwemwater. In de lucht klinkt gerommel. Er is nog genoeg ruimte aan tafel om te kleuren. Mama geeft het goede voorbeeld, Remberto doet erg zijn best om het na te doen. Mama? Ojos van het hert? Blauw is mooi. No negro, zegt Remberto en pakt een zwart potlood. Een harde donder ontrolt zich boven het hotel. Mama en Remberto schuiven dicht tegen elkaar aan.
Trots laat Remberto zijn kleurplaat zien. Wij zijn ook trots en prijzen hem. Boks mama, boks Papa.
We eindigen de dag op het grote Plaza Fatima. Zaterdag en zondagmiddag kan je daar op speelgoed auto’s, fietsjes en trapauto’s rondjes op het plein rijden. We lopen eerst even rond. Remberto verstevigd zijn grip in mijn hand en verschuilt zich een beetje schuin achter me.
Remberto wijst op een groepje auto’s. Die? Vraagt mama en wijst een auto aan. Hij knikt bevestigend. Die? Vraagt papa en wijst een andere auto aan. Weer knikt hij ja. De beheerder van de auto’s komt aangerend. Cinco Bolivianos, vijf Bolivianos roept het ventje van negen. Hij drukt op twee knoppen om te laten zien waarom het zo duur is. De auto begint uit zichzelf te bewegen.
Strak vooruit kijkend stuurt hij zijn auto voort. Het is geweldig om te zien hoeveel indruk dit op hem maakt. We genieten allemaal van het rondje. Ho, ho, ho, er is maar voor één rondje betaald. Ik dirigeer het ventje richting Daan. Wij beginnen alvast aan het tweede rondje. Daniëlle voegt zich al snel weer bij ons. Remberto vindt het geweldig.
Op een bankje in het park genieten we na. Toet, toet. De ijscoman trekt alweer zijn aandacht. Papa? Weer wijst hij alleen maar. Nooo, siii, noo, ooh pap pah siiii. We kiezen voor een ijsje Bolivianos. Bevroren limonade op een ijsstokje.
We lopen langs de trampolines. Wil je springen Remberto? Heftig nee geschut. Hij klampt zich aan mijn been vast. Zeker weten? Heftig ja geknik. De man van de trampolines ziet het glimlachend aan en schudt ook nee, dat wordt niks. Samen met papa op de trampoline? We trekken onze schoenen en sokken uit en kruipen op het springtuig. Ik achtervolg Remberto, we springen en vallen samen. Jammer genoeg zijn de geweldige vijf minuten al weer om.
Papa en mama vinden Remberto gewoon een lieverd.
( Ik zit dit te tikken. Daan kijkt naar mij en vraagt; “Is het zo leuk?”. Ik vertel dat ik bij de trampolines ben. “ Dat dacht ik al. Je zit met z’n grote smile op je gezicht”. Samen genieten we nog even na.)


Geen opmerkingen:

Een reactie posten