woensdag 16 maart 2011

Skypen met de NAS, vrijdag 11 maart 2011

Ploep, ploeb, tuuut, tuut, zoekt de skype telefoon contact. Aan de andere kant hoor ik Oude Water (Nederland) praten, “waarom heb ik nog geen beeld? Ah, daar heb je ze”. We skypen met de NAS.
Het eindeloos, onnodig wachten, voor we naar huis kunnen staat ons tegen. Daarbij begint het gebrek aan informatie ons heel erg de strot uit te komen. Bovendien wordt ons, stukje bij beetje, duidelijk dat het met de papieren, in Trinidad, verkeerd is gegaan. We hebben de NAS een email gestuurd, met de bij ons bekende informatie, om ons ongenoegen over de gang van zaken te uiten. Vooral omdat we nu zelfs onze geboekte vlucht van 25 maart dreigen te missen.
Het is af en toe een heftig gesprek. Wij hebben kritiek, de Nas herkend zich daar niet in. “Wij kunnen alleen zeggen dat wij ons niet in jullie kritiek herkennen. Wij zijn er van overtuigd dat er alles aan wordt gedaan om jullie zo snel mogelijk naar Nederland te laten vertrekken. Maria Rene is zelfs in het vliegtuig gestapt om de juiste papieren, in Trinidad, op te halen”. Ik kan wel waarderen hoe de NAS voor Inés en Maria Rene gaat staan. Maar door gebrek aan informatie kan de NAS hun indruk niet staven. En, is het raar dat ik liever had gezien het in één keer goed was gegaan?
Ik vind ons, als gezin, in deze hele procedure het belangrijkste. Wij willen, als opdrachtgevers, gewoon alle beschikbare informatie ontvangen. Ook, wanneer wordt er wat gedaan, of is er iets gebeurt. De NAS wil daar niet aan. Gevolg is dat wij ons baseren op de wel beschikbare informatie. Van internet, maar ook van andere gezinnen die de procedure al achter de rug hebben of er nu in Bolivia nog mee bezig zijn. Flauw om dan te stellen dat ‘jullie’ in Bolivia elkaar maar lopen op te stoken.
Ik heb het eerder een beetje in het midden gelaten, ik word dit jaar zesenveertig. Opstoken?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten